Champions League brengt Feyenoord miljoenen, maar ook hoge kosten | OneFootball

Feyenoord heeft dit seizoen recordinkomsten gegenereerd in de Champions League. De club uit Rotterdam verdiende tot nu toe 64,5 miljoen euro, een bedrag dat kan oplopen wanneer het sportief goed blijft presteren in Europa. Toch is het beeld dat Feyenoord zwemt in het geld een misvatting. ''Netto is het een ander verhaal'', stelt voormalig financieel directeur van Ajax, Jeroen Slop in gesprek met het Algemeen Dagblad.

Slop wijst erop dat er aanzienlijke kosten aan Europees succes verbonden zijn. ''Hotelkosten, vluchten, premies voor spelers, beveiliging van het tv-compound, extra verzekeringen – het loopt allemaal snel op. Bovendien moet Feyenoord, net als elke andere deelnemende club, de UEFA gratis een exclusieve hospitalityruimte aanbieden van minstens 400 vierkante meter, inclusief drankjes en hapjes van de hoogst mogelijke standaard.''

Een andere grote kostenpost is de premiestructuur voor spelers. Voetbalclubs hanteren bonussen voor sportieve prestaties, en die kunnen flink oplopen. Pieter Nieuwenhuis van adviesbureau Hypercube schat dat clubs als Feyenoord en PSV tot wel de helft van hun Champions League-premies kwijt zijn aan spelers en staf. ''Dat geld verdwijnt niet in een spaarpot, het wordt meteen gebruikt om contractuele verplichtingen na te komen.''

Daarnaast worden de clubs ook nog geconfronteerd met belastingafdrachten en solidariteitsbijdragen aan de eredivisie. Feyenoord moet een percentage van zijn Europese inkomsten afstaan aan andere Nederlandse clubs. Ook de fiscus eist zijn deel: ''Vaak is dat zo’n 25 procent vennootschapsbelasting, wat voor Feyenoord zomaar tien miljoen euro kan zijn'', aldus Slop.

Ondanks alle kosten blijft de Champions League lucratief, maar het is geen financiële goudmijn zonder keerzijde. Feyenoord kan een aanzienlijk deel van de inkomsten behouden, maar de miljoenen die overblijven zijn hard nodig om de begroting rond te krijgen en de sportieve ambities waar te maken. Nieuwenhuis concludeert: ''Clubs houden uiteindelijk misschien de helft over, maar dat is broodnodig om structureel aan de top te blijven.''